§4. Financiering (treasury)

    Deze paragraaf bevat een meer beleidsmatige benadering van de treasuryfunctie en de plannen en uitkomsten dienaangaande. De paragraaf dient risicobeheer en gemeentefinanciering meer transparant te maken. De Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido) en de daarop gebaseerde ministeriële Regeling uitzettingen en derivaten decentrale  overheden (Ruddo) zijn de externe spelregels die de inhoud van deze paragraaf voor een groot deel bepalen, waaronder de diverse opgenomen tabellen/overzichten. De regelgeving heeft als doel transparantieverhoging van de treasuryfunctie alsmede risicowering binnen genoemde functie. Flankerend  heeft  het Rijk additionele regelgeving in de vorm van verplicht schatkistbankieren en Wet Houdbare overheidsfinanciën (Wet Hof) ontwikkeld. De regelgeving heeft met name als doel de financiële positie van de  Nederlandse overheid in de Economische Monetaire Unie veilig te stellen.

    In de staten en bijlagen van de jaarrekening 2017 worden de opgenomen en verstrekte leningen en het aandelenbezit op detailniveau uitgediept.

    a. Risicobeheer

    Het risicobeheer betreft in het bijzonder de hierna volgende risico’s.

    Renterisico op vlottende schuld (kasgeldlimiet)
    Ter beperking van het renterisico op de netto vlottende schuld is het gemeenten niet toegestaan om onbeperkt in de financieringsbehoefte te voorzien door het aantrekken van kort geld. De toegestane netto vlottende schuld wordt bepaald door de “kasgeldlimiet”. Voor het jaar 2017 is de kasgeldlimiet voor de gemeente Kerkrade als volgt berekend:

    Kasgeldlimiet

    a

    omvang van de jaarbegroting per 1 januari 2017

    165,592

    mln

    b

    bij ministeriële regeling vastgesteld percentage

    8.5

    %

    Kasgeldlimiet voor 2017  (afgerond)

    14,075

    mln

    Onderstaand overzicht toont de confrontatie per kwartaal tussen vlottende schuld en middelen enerzijds, en de kasgeldlimiet anderzijds.

                                              bedragen x € 1.000

    kwartaal

    I

    II

    III

    IV

    netto vlottende

    schuld

    13.909

    13.661

    13.140

    13.242

    middelen

    kasgeldlimiet

    bedrag

    14.075

    14.075

    14.075

    14.075

    overschrijding

    onderschrijding

    166

    414

    935

    833

    In alle kwartalen van 2017 was er sprake van een onderschrijding van de kasgeldlimiet. Dit werd bereikt door het aantrekken van een tweetal vaste geldleningen respectievelijk in maart en november 2017. Structurele overschrijding van de kasgeldlimiet is niet toegestaan. Als in drie achtereenvolgende kwartalen de kasgeldlimiet wordt overschreden dient de toezichthouder daarvan op de hoogte gesteld te worden, zo enigszins mogelijk zelfs voorafgaand aan de derde overschrijding.

    Renterisico op vaste schuld (renterisiconorm)
    Het instrument dat de Wet Fido (‘Wet financiering decentrale overheden’) geeft om de renterisico’s van opgenomen langlopende geldleningen in beeld te brengen en te analyseren is de ‘renterisiconorm’.

    De norm geeft een kader voor een zodanige opbouw van de leningportefeuille dat het renterisico door rente-aanpassing en herfinanciering van geldleningen wordt beperkt. Bij een evenwichtige opbouw van de portefeuille wordt het risico op de vaste schuld  gespreid  over jaren. Van een evenwichtige opbouw is voorts sprake als niet in enig jaar een onevenredig deel aan herfinanciering onderhevig is.

    In navolgend overzicht wordt de relatie gelegd tussen renterisico en renterisiconorm.

                            bedragen x € 1.000

    2017

    Rente-risico

    1

    Renteherzieningen

    n.v.t.

    2

    Aflossingen

    7.811

    3

    Rente-risico

    1+2

    7.811

    4

    Rente-risiconorm

    4a x 4b

    33.118

    5a

    Ruimte onder rente-risiconorm

    4>3

    25.307

    5b

    Overschrijding rente-risiconorm

    3>4

    n.v.t.

    Rente-risiconorm

    4a

    Begrotingstotaal

    165.592

    4b

    Percentage regeling

    20%

    4

    Berekende rente-risiconorm

    33.118

    Het overzicht toont aan dat de gemeente in zeer ruime mate voldoet aan de norm. De actuele leningportefeuille bevat geen leningen waar rente-aanpassing op termijn aan de orde is. Dit betekent dat ook in structureel opzicht aan de norm wordt voldaan.

    Kredietrisico’s
    Het betreft kredietrisico’s op door de gemeente aan derden verstrekte gelden. Het volgende overzicht geeft inzicht in partijen en restantschuld per ultimo 2017.

    bedragen x € 1.000

    Partijen (kredietisico's)

    schuld

    %

    Kredietbank Limburg

    91

    0.39

    Georganiseerde sport

    180

    0.76

    Holding Stadion BV*

    19.146

    80.86

    Zonnepanelenproject

    3.441

    14.53

    GaiaZOO

    771

    3.26

    Gemeenschapshuizen

    29

    0.12

    Culturele verenigingen

    20

    0.08

    Totaal

    23.678

    100.00

    * incl. aflossing € 0,2 miljoen ontvangen in januari 2018.

    Koers- en valutarisico’s
    Van koersrisico’s is sprake als de financiële activa van de gemeente in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen. Meer in het bijzonder gaat het dan om de vaste financiële activa die enerzijds bestaan uit aan derden verstrekte leningen. Deze zijn reeds eerder behandeld bij het onderdeel kredietrisico’s. Anderzijds gaat het om aandelenbezit en deelnames. Deze worden nader behandeld in de
    paragraaf verbonden partijen. De gemeente verricht slechts transacties in euro’s, waardoor van valutarisico’s geen sprake is.

    b. Gemeentefinanciering

    Hierna worden enige aspecten van gemeentefinanciering nader uiteengezet.

    Leningenportefeuille
    Navolgend overzicht verschaft inzicht in de grootte en rentegevoeligheid van opgenomen leningen, alsmede mutaties als gevolg van nieuwe leningen, uiteraard voor zover aan de orde.

              bedragen x € 1.000   

    Leningen (exclusief woningbouw)

    bedrag

    %

    Stand per 1 januari 2017

    84.532

    3,905

    bij

    nieuwe lening maart

    6.000

    1,395

    bij

    nieuwe lening november

    14.000

    1,190

    af

    reguliere aflossingen

    7.811

    af

    vervroegde aflossingen

    0

    bij

    herfinanciering

    0

    Stand per 31 december 2017

    96.721

    3,614

    Uitzettingen
    Het gaat hierbij om uitzettingen korter dan een jaar. Ze hebben tot doel optimaal rendement uit een incidentele overliquiditeit te halen. Ten aanzien van overtollige middelen heeft de gemeente nauwelijks bewegingsvrijheid. Rijksregelgeving verplicht de gemeente tot schatkistbankieren bij het Rijk. Het rendement is hier beperkt. In 2017 hebben dergelijke transacties niet plaatsgevonden.

    Schatkistbankieren en Wet Houdbare Overheidsfinanciën
    Beide regelingen moeten gezien worden in het licht van de financiële positie van de Nederlandse overheid in relatie tot afspraken binnen de Europese Monetaire Unie (EMU).

    Het Rijk introduceerde rond de jaarultimo 2013 verplicht schatkistbankieren voor gemeenten. Overtollige geldmiddelen moeten dan verplicht bij de schatkist worden geparkeerd. Gemeenten vonden dat niet juist. Aantasting van de gemeentelijke autonomie en de magere rentevergoeding door het Rijk waren punten van kritiek. Met twee aanvullende afspraken komt het Rijk de gemeenten enigszins tegemoet. Overtollige gelden mogen worden uitgeleend aan andere overheden en gemeenten hoeven niet te schatkistbankieren als ze maximaal 0,75% van hun begrotingstotaal aan overtollige middelen hebben. Voor Kerkrade is dit minder relevant, in totaliteit is namelijk sprake van financieringsbehoefte in plaats van een financieringsoverschot.

    Doel van de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof) is het leveren van een wettelijk instrumentarium voor het bereiken en vasthouden van houdbare overheidsfinanciën in relatie tot afspraken binnen de EMU. De decentrale overheden gaven in het voortraject reeds aan dat hen een aantal zaken uit het wetsvoorstel zwaar op de maag lagen. De behandeling van het wetsvoorstel ging dan ook niet van een leien dakje. Het voorstel verkreeg vier amendementen en leverde een kamerbreed gedragen motie op. Onder meer  macronormeringen voor het EMU-saldopad zijn thans opgerekt. De VNG is tevreden met de aanpassingen.

    Relatiebeheer
    De gemeente onderhoudt rekeningen bij meerdere banken. In de eerste plaats valt te noemen de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG), waar tevens een kredietfaciliteit van ruim € 5.672.000  beschikbaar is. Bij de ING-groep heeft de gemeente twee rekeningen. Met name met de BNG vindt regelmatig overleg plaats inzake optimalisering van bestaande producten, nieuwe producten, en het niveau van de dienstverlening.

    Kasbeheer
    Kasbeheer regelt het beheer van saldi en liquiditeiten en zoveel mogelijk de sturing van middelenstromen. Doel is het optimaliseren van het renterendement. Daarbij worden de volgende korte-termijn-producten gebruikt: rekening-courant-krediet, dag- en kasgelden. Additionele aandachtspunten zijn de beperking van het contante geldverkeer, elektronische betaalvormen.

    Organisatie
    Verantwoordelijkheden, bevoegdheden en overige in het treasurytraject aan de orde zijnde spelregels zijn in het treasurystatuut opgenomen. Daarnaast zijn de uitgangspunten en bepalingen van de vigerende “Financiële verordening gemeente Kerkrade" ex. art.212 GW richtinggevend.

    Informatievoorziening
    Ten behoeve van de treasuryfunctie wordt zowel van interne als externe informatiesystemen gebruik gemaakt. Bij de externe informatievoorziening is een prominente rol voor BNG-dataservices en BNG-online weggelegd. De efficiency en informatiewaarde van de systemen wordt regelmatig beoordeeld.